Reviews Sumatra

De jungle van Bukit Lawang:
Na een kwartier lopen zien we de eerste langstaart makaken al, heel leuke, kleine nieuwsgierige aapjes die we van dichtbij kunnen bekijken. Een half uur lopen later is het dan zover, we zien de eerste twee orang-oetans op nog geen drie meter afstand. Wauw, wat bijzonder! We zijn allemaal even sprakeloos. De baby slingert in de lianen boven ons, terwijl de moeder op de grond tussen de struiken zit. De manier waarop ze bewegen en naar ons terugkijken is zo menselijk, fantastisch om te zien. Maar na een poosje vindt moederaap het wel weer genoeg geweest en stapt abrupt uit de bosjes en beweegt zich richting ons. “Watch out, step back, step back!”, waarschuwt Ricky (de gids) ons. Op zo’n moment word je je toch weer even bewust dat het een wild beest is waar je naar kijkt, daar wil je geen ruzie mee. We lopen verder.

Vanwege het regenseizoen zijn de paden - voor zover er paden zijn - modderig en glad. Bovendien is de klim soms behoorlijk stijl. We wanen ons allemaal even Mowgli uit Junglebook. Onderweg komen we Mina tegen. Deze aap staat bij de gidsen bekend als agressief, ondanks dat ze al de leeftijd heeft van een bejaard omaatje. In het verleden heeft ze een van de gidsen al eens gebeten, wij blijven dus op veilige afstand en lopen met een boog om haar heen terwijl Ricky haar afleidt met fruit. Ook komen we Jacky met kind tegen, Jacky is volgens de gidsen de knuffelaap van Bukit Lawang. Ricky herkent haar al van verre en zegt dat we rustig kunnen blijven staan wanneer ze ons tegemoet loopt. Toch best spannend om zo’n groot beest op je af te zien lopen, vooral wanneer ze bij aankomst meteen mijn arm vastpakt en niet meer loslaat. Maar volgens de gids is dit oké, hij voert haar wat fruit en ze blijft rustig tussen ons in zitten. Maar wanneer het baby-aapje dat op haar schouder zit, speels in mijn arm begint te bijten, is het wel weer genoeg geweest. Jacky heeft blijkbaar ook genoeg gegeten, plots staat ze op en klimt terug de bomen in.

Sumatra is een mooi land, echt zoals het als vanouds is en zo is het nog steeds.
Geweldige natuur, heel veel om te bezichtigen, gewoon prachtig.
Wij zouden er nog wel een keer heen willen, we hebben nog lang niet alles gezien.

Ja, ja, Atjeh, veel over gehoord maar niet altijd positief. Zo zou het erg Islamistisch zijn en de bevolking vijandig. Maar ja, dat maakt nieuwsgierig dus besloten wij toch een week te gaan snorkelen op Pulau Weh. Het was fantastisch, de mensen top, het eiland prachtig, net als het snorkelen. Prima, eenvoudig onderkomen. Kortom, we besloten nog maar even te blijven in Atjeh. De bevolking heeft zwaar geleden door de tsunami maar is er goed bovenop gekomen. In plaats van een week is het een maand geworden en daar hebben we geen spijt van gehad. Banda Atjeh, de hoofdstad, is de moeite waard om een paar dagen te verblijven. Bezoek "Kerkhof", daar liggen heel veel Nederlandse jongens en Indonesische die gevallen zijn in de koloniale oorlogen die Nederland daar gevoerd heeft. Ook het Tsunami-museum is de moeite waard. Daarna op naar de ontspanning en genieten van de prachtige stranden en de natuur. Kortom, een heerlijke plek om je vakantie door te brengen. Het enige nadeel, geen biertje te scoren en dat is jammer na een warme, vermoeiende dag.

Ik heb het noorden van Sumatra bezocht met als hoogtepunten Bukit Lawang en Lake Toba. Sumatra is een mooi groen eiland met veel palmolie en rubberplantages. De bevolking is vrij arm vergeleken met andere Indonesische eilanden welke we bezocht hebben. Als je vanaf het vliegveld in Medan naar de jungle in Bukit Lawang rijdt kom je langs oneindige palmolievelden en rubberplantages. Dan wordt duidelijk wat er met ontbossing bedoelt wordt. Het is af te raden om zelf te rijden. De wegen zijn slecht en de Indonesiërs halen op onmogelijke plaatsen in. De bevolking is uitermate vriendelijk zoals overal in Indonesië en je voelt je erg veilig. In Bukit Lawang moet je zijn om orang oetans te spotten. Ook kom je daar makaken en Tomas Leaf Monkeys tegen. De Tomas Leaf Monkeys zijn zachtaardig van aard en kan je heel dicht benaderen. Met makaken moet je oppassen. Je zal de eerste niet zijn die door deze apen wordt gebeten. Sumatra is een malaria gebied dus je moet wel pillen slikken. De kans dat je hier ziek van wordt is vrij groot. Tijdens mijn rondreis zijn bijna alle leden van de groep wel een keer ziek geweest. Je moet hierop voorbereidt zijn en van thuis een kleine reisapotheek meenemen. Deet is ook geen overbodige luxe in de jungle. Je wordt vaak geprikt. De locals gebruiken trouwens witte tijgerbalsem om zich tegen insecten te beschermen. Je moet er wel iets voor over hebben om oog in oog te staan met die prachtige orang oetans. Voor ons was dit de moeite waard. Hierna hebben wij gerelaxt bij het grote kratermeer Lake Toba. Aan te raden is om een boottocht over dit meer te maken naar de watervallen en onderweg een typisch Batak-dorp aan te doen.

Sumatra is fantastisch! Een zeer veelzijdig eiland met prachtige natuur en heel veel variatie. Orang oetans spotten in Bukit Lawang, meerdere vulkanen en een absolute aanrader is Samosir in Lake Toba! Ook de cultuur is zeer divers en vooral het traditionele Barak-dansen op Samosir was leuk om te zien en mee te doen!

De meeste toeristen slaan Sumatra over. Totaal onterecht als je het mij vraagt. Noord-Sumatra heeft orang-oetan-walhalla Bukit Lawang. Hier maak je een hiking door de jungle en ga je wilde orang-oetans in het wild van heel dichtbij zien. Daarnaast heeft het Lake Toba: één van de mooiste en grootste meren ter wereld. En last-but-not-least: Mount Sibayak. Deze actieve vulkaan geeft je met name in de ochtend een plaatje wat je niet snel zult vergeten. Ook een pluspuntje aan Sumatra: doordat er zo weinig toeristen komen, zijn de locals oprecht vriendelijk en behulpzaam. Een verademing!

In juni 2014 zijn wij drie weken lang op rondreis geweest op het prachtige eiland Sumatra. We hebben de jungle gezien, de olifanten en de apen. Maar ook de steden en de kust. Sumatra is een prachtige plek om te zijn en we hebben genoten!

Wij vonden de natuur van Gunun Leusen national park heel mooi en de ervaring om dieren als de Orang utang daar in zijn natuurlijke habitat te aanschouwen. De 1000 tinten groen van de Harau vallei zijn ons bijgebleven en de rustiek van het Tobago mee. Wij willen er graag terug. Ook hebben we een waardeevolle vriendschap aan overgehouden.

De eerste stappen op Sumatra gaven mij het gevoel dat ik eindelijk thuis kwam. Het was een geweldige ervaring om de cultuur, het heerlijke eten en de prachtige natuur zelf te ervaren. Het authentieke Indonesië zoals ik me dat had voorgesteld beleef je op Sumatra. Van jungle tot bergen, van grote steden tot piepkleine dorpjes, van platteland tot strand, het is een unieke intense beleving en zeker aan te raden. Zelfs als het regent is het er nog mooi! De mooiste ervaring was in Tangkahan na een regenbui van 12 uur gingen we zwemmend naar een waterval, waar de zon een regenboog maakte in de spray van de waterval met een aantal apen in de boomtoppen boven ons. Om nooit te vergeten. Of 's nachts in het licht van de volle maan op de porch van je huisje luisteren naar de nachtelijke jungle geluiden. Fantastisch!
In oktober 2013 een geweldige duikcursus voor mijn advanced open water gevolgd bij het Lumba Lumba Dive Center, waar ik algauw door de locals meegenomen werd naar de mooiste plekken van het eiland!
Echt een aanrader!

Mijn oma is geboren in Palembang en opgegroeid in Medan tot de oorlog waar zijn tijdens de oorlog in een Japans vrouwenkamp heeft gezeten (Aik Paminke). In de steden op Sumatra is nog erg veel te vinden uit de koloniale tijd, heel leuk en interessant om te zien. Ook datgene wat uit "mijn oma's tijd" is geweest en waar mijn oma of haar ouders altijd kwamen in die tijd, bestaat allemaal nog, zelf het ouderlijk huis van mijn oma bestaat nog. Medan is voor mij daarom ook een emotioneel deel geweest van mijn reis. Helaas is er van het vrouwenkamp in Aik Paminke bijna niks meer over, behalve het ziekenhuis, het officiersgebouw en de eindstop van de trainrail, maar desondanks is het een hele bijzonder ervaring geweest om te hebben rondgelopen daar waar alle hutjes toendertijd gestaan moeten hebben.

De jungle van Tankahan en Bukit Lawan zijn in 1 woord prachtig! ronddobberen op de rivier in een autoband, het verzorgen van olifanten, 3 uur trekken door de jungle, knuffelen met apen en de Orang Oetan in zijn habitat te zien, deze ervaringen zijn onvergetelijk!

De batakdorpen, het Toba meer en het eiland van Samosir, ook prachtig en heerlijk om even een paar dagen uit te rusten, maar ook wel erg toeristisch. Hier is weinig authentieks te vinden, alles draait om toerisme. Men probeert het stukje cultuur te laten zien, maar helaas is het allemaal erg gemaakt. Gelukkig hadden wij een geweldige gids die ons ook veel authentieke dingen wist te laten zien, datgene wat normaal gesproken niet heel sjiek staat op de foto's wilde hij ons graag laten zien. Ook vanwege het feit dat hij aan ons zag dat wij niet zo geinteresseerd waren in de gemaakte shows die werden gegeven bij de toeristenattrakties.

Sumatra heeft hele mooie natuur. De dorpen en steden zijn heel gevarieerd. Er zijn een aantal heel mooie malls. Ook de nieuw gebouwde hotels zijn zeer modern. Voor de rest ademt het nog een sfeer van oude tijden. De bevolking is doorgaans zeer behulpzaam en vriendelijk. In Bengkulu, Lampung en Jambi woont familie van mij. Sumatra is een verademing na grote steden als Jakarta en Surabaya.