Mijn favoriete dag in Indonesië bij de Anak Krakatau vulkaan
Tussen al het corona nieuws viel mijn oog gisteren op een andere headline: Vulkaan Anak Krakatau in Indonesië uitgebarsten: hoogste alarmniveau. Eind 2018 was er ook al een uitbarsting en dat leidde zelfs tot een tsunami en honderden doden. Zo’n actieve vulkaan is onvoorspelbaar en eng. Je zou het gevaar niet zelf mogen op zoeken. Geheel tegenstrijdig heb ik juist één van de mooiste dagen in Indonesië meegemaakt bij de Anak Krakatau vulkaan.
Augustus 2018. Ik ben weer in Indonesië. Om 9 uur lokale staat de gids klaar bij de ietwat kleine en bijna uitgestorven haven. Ik stap aan boord bij een ruime speedboot en met een zeer klein gezelschap verlaten we de haven. Al snel verdwijnt het vaste land achter ons en varen we midden op de felblauwe en heldere Indische oceaan. In de verste verte is er geen andere boot te bekennen.
Met de zon in mijn rug, geniet ik van de rust en een lekker briesje. De gids vertelt in redelijk goed Engels dat we al minimaal twee uur aan het varen zijn. Opeens zie ik aan de horizon een berg opdoemen, omringd door een soort van mist. Het ziet er onwijs mysterieus uit. We komen dichterbij en rechtsachter de berg, zie ik een andere berg. Het reliëf ervan wordt steeds duidelijker en ik besef dat we de vulkaan in ons vizier hebben.
Dit moment staat in mijn geheugen gegrift en zal ik nooit in de juiste woorden kunnen uitdrukken omdat het echt te fantastisch voor woorden is. Twee-en-een-half-uur varen en niks of niemand zien. En dan opeens midden in de oceaan de vulkaan zien verschijnen, omringd door woeste en groene onbewoonde eilanden. Ik voel me op dit moment springlevend. Ik voel me overdonderd door moeder natuur.
Opeens stopt onze kapitein de boot op veilige afstand van de actieve vulkaan. De motor staat uit en ik hoor het zeewater tegen de boot aan klotsen. Ook hoor ik hoe de gids meer vertelt over de Anak Krakatau. Al snel blaast de vulkaan zijn eerste aswolk uit. “You are very lucky to experience this!” zegt de gids nog. Daarna hoor ik de vulkaan, iets wat ik nog niet eerder had meegemaakt. Het geluid lijkt op onweer maar dan nog dreigender en grootser. Ik voel me opeens zo klein, zo kwetsbaar, en besef hoe mooi en krachtig de natuur kan zijn.
We varen een rondje om de vulkaan heen en worden nog een aantal keer getrakteerd op kleine uitbarstingen. Op een gegeven moment varen we redelijk dichtbij de vulkaan en dwarrelt het as van de uitbarsting op mijn armen. De kapitein neemt weer meer afstand en de gids zegt iets over picknicken en koffie drinken op het onbewoonde eiland waar we al voorbij waren gevaren. Ik lach en knik maar ik heb niet echt door dat er zomenteen een geweldige verrassing staat te wachten.
We varen richting het eiland dat we eerder al hadden gezien. De boot stopt, het anker wordt uitgegooid en ik moet de boot verlaten. Ik spring in het ondiepe en warme water en loop richting het gitzwarte strand. Ik kijk links, rechts en omhoog en zie alleen maar groene ongerepte natuur op het eiland. Ik kijk achter mij en sta oog in oog met de Anak Krakatau én zie mijn gids opeens heen en weer rennen. De picknick blijkt serieus: hij legt bamboematten neer op het strand en zet nasi goreng en vers fruit klaar.
Tijdens de lunch knijp ik mezelf een aantal keer in mijn arm. Gebeurt dit echt? Want één ding is zeker: dit lijkt te mooi om waar te zijn. Ik voel me alleen op de wereld op de mooiste plek waar ik ooit ben geweest en zielsgelukkig. Dit moment pakt niemand mij meer af. Het is magisch. Na mijn lunch loop ik nog even over het strand en spring ik de oceaan in. Ik voel mij zo vrij! De gids vraagt opeens of ik zin heb om te snorkelen. “Swim with finding Nemo!” zegt hij met een grote grijns.
We springen de boot weer in en varen een stukje om het eiland heen. Ik zie geen strand maar rotsen en groene bergen. Ik kijk het kristalheldere water in en zie al wat visjes. De kapitein zet de motor weer uit en dat is voor mij het sein om in het water te springen. Het duurt niet lang of ik word omringd door tropische vissen. Al snel spot ik Nemo en Dory en neemt de gids mij mee om naar het koraal en rif te kijken. Dit had ik alleen nog maar in films gezien. Voor de zoveelste keer die dag word ik overdonderd door al het moois en het besef van intens geluk.
Deze dag lijkt één grote droom. Mijn verwachtingen worden steeds overtroffen. Met een memorabele en liefdevolle herinnering varen we weer 2,5 huur terug naar het vaste land. De eilanden en de vulkanen verdwijnen en het zeewater is wederom onze enige vriend. Ik kijk nog achterom maar er is niks meer zichtbaar van het avontuur wat ik zojuist heb beleefd.
Over Niki
Ik ben een 27-jarige Zuid-Limburgse. Hoewel mijn opa’s en oma’s allemaal uit Indonesië komen, had ik tot twee jaar geleden nooit de behoefte om ernaartoe te vertrekken. Maar toen verloor ik mijn oma in de zomer van 2016.
Het verlangen naar mijn roots begon van binnen te branden. En het grappige is dat dit niet alleen bij mij naar boven borrelde. Mijn vader, mijn moeder en mijn broertje voelden het ook.
En voel jij hem nu al aankomen? Jup, ik maak deze reis samen met de mensen waar ik het meest van houd. Na maanden praten, denken en plannen, zijn wij op 1 augustus 2017 eindelijk op het vliegtuig gestapt. We gaan met z’n vieren beginnen aan een onvergetelijke reis. En zoektocht naar onze roots.
Daarom ga ik jullie de komende maanden meenemen op mijn reis én ontdekkingstocht. Ik houd jullie op de hoogte van mijn avonturen, ondervindingen en verhalen. Mochten jullie nog tips of vragen hebben, let me know.